DRD4
Dopamine receptor D4 gen
DRD4 gen DRD4-Bst4Cl/DRD4-1/ g.129954C>T en DRD4-MnlI/DRD4-2/g.129456C>T
| Gewenste genotypes | |
|---|---|
| DRD4CTCT | Het genotype dat met voorsprong tot de beste prestaties leidt |
| DRD4CTCC | Significante positieve effecten op vluchten tot 600 km |
| DRD4CCCT | Significante positieve effecten op prestaties op lange afstand |
| DRD4CCCC | Geen significant positief effect op prestaties van sportduiven |
| Voor de overige varianten (CCTT, TTCC, TTTT) konden tot op heden geen significante verschillen aangetoond worden omdat deze uitzonderlijk weinig voorkomen in de populatie sportduiven. Er zijn echter wel indicaties om aan te nemen dat deze effecten later ook bewezen zullen worden. Bovendien zijn deze laatste drie genotypes uitermate interessant voor de kweek, omdat zij met zekerheid het T-allel vererven voor DRD4-1 en/of DRD4-2. |
Er worden twee puntmutaties samen getest op het DRD4 gen; DRD4-Bst4Cl/DRD4-1/ g.129954C>T en DRD4-MnlI/DRD4-2/g.129456C>T. De gecombineerde genotype van beide loci worden als volgt uitgedrukt: de eerste 2 letters (CC, CT, TT) verwijzen naar het genotype DRD4-1 en de volgende 2 letters (CC, CT, TT) verwijzen naar het genotype DRD4-2.
De DRD4CTCT variant is significant meer aanwezig bij de best presterende duiven. De meeste dubbele heterozygoten (CTCT individuen) werden gevonden onder de best presterende duiven op extreem lange afstandsvluchten.
Dopamine is een zogenaamde neurotransmitter. Tal van belangrijke fysiologische functies worden gemedieerd door dopamine. Om haar taken uit te voeren, bindt dopamine op dopaminereceptoren. In de hersenen vindt men dopamine receptoren D1-5. Deze merker zou dus voornamelijk invloed hebben op het gedrag van duiven. Het exacte werkingsmechanisme van het prestatiebevorderende effect van de puntmutaties in het DRD4 gen, zal nog verder onderzocht moeten worden.
- DRD4-1: vermoedelijke invloed op oriëntatie en initiatiefname. Sterk positief effect in races tot 600 km.
- DRD4-2: vermoedelijke invloed op karakter en doorzettingsvermogen. Lange afstanden.
Hoe vaak komt dit allel nu voor in onze populatie sportduiven?
Hier ontbreken voldoende cijfers. In de literatuur werd in een Belgische populatie sportduiven voor DRD4-1 91,59% DRD4-1CC en 8,41% CT gevonden. Sommige genotypes werden echter helemaal niet teruggevonden. Om een correct beeld te krijgen, zullen dus meer cijfers nodig zijn van een doorsnee duivenpopulatie.
| Bijlage | Grootte |
|---|---|
 Galluvet DNA-labo | Aanvraagformulier | 197.11 KB |
| Galluvet DNA-labo | Stappenplan voor het opsturen van veren | 104.74 KB |
Raadpleeg hier de prijzen voor prestatiegenen
Dien uw aanvraag in via het formulier onderaan de pagina